Effect en effectiviteit van negen scenario's op de zuurstofdoelindicatoren van het Grevelingenmeer
Author(s) |
L.H. van der Heijden
|
A.J. Nolte
Publication type | Report Deltares
In dit rapport als onder deel van het Getij Grevelingen project worden twee doelindicatoren berekend met respectievelijk een 3D waterkwaliteitsmodel en een 0D bodemmodel: 1. Zuurstofconcentratie in de waterkolom bij de waterbodem , en 2. Gemiddelde zuurstofindringdiepte in de waterbodem (zomerhalfjaar). De doelindicatoren zijn uitgerekend voor zes peilbeheervarianten, waarvan drie ook met een toekomstige zeespiegelstijging.
De zuurstofconcentratie bij de waterbodem is tot een bodemdiepte van circa NAP -6 m gelijk voor alle scenario’s. Vanaf een bodemdiepte van circa NAP -6 m is er bij een beperkte toename van wateruitwisseling een verslechtering zichtbaar, naarmate de wateruitwisseling verder toeneemt verbetert de zuurstofhuishouding. Met 40 cm getijslag verbetert de zuurstofindexscore in de diepe geul substantieel ten opzichte van het sceanrio huidig peilbeheer. De voorspelling van deze doelindicator wordt als betrouwbaar beoordeeld, met als grootste onzekerheid de bandbreedte van de getijslag waarbij een substantiële verbetering in de diepe delen optreedt. Deze bandbreedte wordt op ±10 cm geschat.
De zuurstofindringdiepte in de waterbodem verslechtert naarmate de mate van uitwisseling toeneemt. Alleen het 40 cm getij scenario laat op grotere diepte wel een relatieve verbetering zien, omdat de zuurstofconcentratie in de waterkolom verbetert. Deze voorspelling wordt als richtinggevend betrouwbaar beoordeeld, met als grootste onzekerheid dat het effect van een eventuele verbetering van het bodemleven niet meegenomen is.