Graverij door dieren : verschillende praktijkcases, inspectietechnieken en uitsplitsing invloed op overstromingskans
Auteur(s) |
F.P.W. van den Berg
|
A.R. Koelewijn
Publicatie type | rapport Deltares
Het is essentieel om Nederland waterveilig te houden. Nederland is een van de weinige landen in de wereld dat hiertoe beschermingsnormen heeft opgesteld. Mocht er iets mis gaan met de waterveiligheid dan heeft heel Nederland hier groot nadeel van: slachtoffers, economische schade, langdurige ontwrichting. Samen met vele andere partijen voert Deltares onderzoek uit naar de waterveiligheid. Dit gebeurt onder andere in het SITO-project Versterking Onderzoek Waterveiligheid (VOW) voor Rijkswaterstaat, waarvan dit rapport een deelproduct is.
Praktijkcases. Dierlijke graverijen in waterkeringen kunnen afhankelijk van locatie, graver en andere factoren een negatief effect hebben op de overstromingskans van de betreffende kering. In dit rapport is nader onderzoek uitgevoerd in de vorm van veldinventarisaties en gesprekken met dijkbeheerders om van een aantal aspecten van dierlijke graverijen een beeld te krijgen en kennis op te halen. Dit is in 2023 uitgevoerd door een bezoek aan diverse locaties bij de Waterschappen Limburg en Hunze en Aa’s en bij Rijkswaterstaat Zuid-Nederland.
De observaties en toelichting door de beheerders tonen aan dat dierlijke graverijen in toenemende mate een bedreiging kunnen vormen voor waterkeringen, met name voor dijken. Bij bespreking van de problematiek met beheerders meldden zij dat wet- en regelgeving nog niet goed zijn toegesneden op de toenemende dreiging, waardoor tegenstrijdige belangen tussen waterveiligheid en ecologie belemmerend kunnen werken. De bever is succesvol geherintroduceerd in Nederland. Iedere bever heeft een eigen territorium nodig waarin geen andere bevers worden geduld. Voor de bever geldt dat nog niet alle beverpopulaties met elkaar zijn verbonden, maar de kans daarop neemt toe met de jaren. Het vangen van de bever gebeurt nog steeds, maar er zijn nagenoeg geen plekken meer beschikbaar om de bever uit zetten in gebieden waar de bever zonder bezwaar kan leven. Niet alleen Nederland is vol, maar ook in het (Europese) buitenland is er doorgaans geen ruimte voor de bever.
Detectiemogelijkheden. nformatie is verzameld op de Kennisdag Dierlijke Graverij door het geven van een workshop. De deelnemers gaven aan dat de kans op het vinden van alle graverijen als zeer klein werd geschat: een groepsgemiddelde score van 1,3 op een schaal van 1 tot 5, waarbij voor 5 geldt dat alle graverijen gevonden worden. Door de deelnemers zijn verschillende detectiemethoden als goedwerkend aangemerkt, maar opvallend is dat voor sommige detectiemethoden deze juist weer door andere deelnemers als niet goedwerkend werden beschouwd. Consensus over de beste methoden bestaat nog niet. Misschien zijn verschillende methodes geschikt voor verschillende omstandigheden of is een combinatie van technieken het meest geschikt. Door Deltares wordt gepleit voor een tweetrapsraket, waarbij eerst grof (over een lang traject) wordt gekeken waar de graverij zich bevindt, om vervolgens met een nauwkeurige detectiemethode de grootte en het ruimtelijk verloop te bepalen van de lokale situatie. Voor de grove methode kan gebruik gemaakt worden van onder andere visuele methode, sonarbeelden, satellietbeelden, drones, glasvezels et cetera. Middels deze methode kunnen verdachte locaties, zoals verzakkingen worden opgespoord en vervolgens nader onderzocht worden met lokale nauwkeurige methoden. Deze methoden kunnen bestaan uit (een 5 van 55 Graverij door dieren 11209262-001-ZWS-0001, 6 december 2023 combinatie van) visuele inspectie, hitte camera, rookbommen, vine robots et cetera, Hiermee kan bijvoorbeeld de ruimtelijk oriëntatie en het volume van de graverij worden bepaald.
Invloed op overstromingskansen. In mei 2023 is een tabel gepubliceerd waarin – met onderbouwing – is aangegeven binnen welke bandbreedte de overstromingskans van de Nederlandse primaire waterkeringen in ongunstige zin beïnvloed kan worden gegeven de aanwezigheid van een graverij (en een hoogwater). Hierbij zijn vijf (groepen van) diersoorten onderscheiden en eveneens vijf verschillende initiële faalmechanismen.
Deze rapportage bevat hierop een aanvulling, door een splitsing te geven van de gepubliceerde tabel naar de samenstelling van de dijk: een kleibekleding met een zandkern, een kleidijk en een zanddijk. De eerstgenoemde variant is het meest kwetsbaar, met name voor graverijen door bevers en dassen voor de uitspoeling door een gat in de bekleding en voor terugschrijdende erosie (piping) in de ondergrond.