Zwemmen in niet-aangewezen zwemwater : risico's en maatregelen
Auteur(s) |
A.E.E. de Jong
|
E.S. van der Meulen
|
R.R. Melman
|
A. Vaarten
Publicatie type | rapport Deltares
Aan de hand van een literatuurstudie is inzicht verkregen in de potentiële risico’s voor zwemmers op niet-aangewezen zwemplekken. Deze bestaan uit fysieke risico’s, aanwezigheid van microbiële ziekteverwekkers en chemische risico’s. Om te kijken of de potentiële fysieke risico’s die uit de literatuurstudie naar voor kwamen ook op locaties aanwezig zijn, is er veldwerk uitgevoerd op 32 niet-aangewezen zwemplekken in zeven steden: Amsterdam, Breda, Leeuwarden, Utrecht, Nijmegen, Tilburg en Gent (België). Uit het onderzoek blijkt dat op de meeste zwemplekken het water gemakkelijk te betreden is en er recreatieve voorzieningen zijn zoals steigers, trappetjes, en prullenbakken. Mogelijk nodigt deze inrichting aan tot recreëren in het water. Op de meeste locaties was er kans op aanvaring met (gemotoriseerde) voertuigen. Daarnaast bestaat er een kans op verwonding door obstakels op de waterbodem. Het doorzicht was namelijk tijdens beide veldmetingen bij >80% van de locaties slecht (<1.2 m doorzicht). Of er daadwerkelijk gevaarlijke objecten aanwezig zijn is niet bekend. Een proef met een drone heeft hier onvoldoende uitsluitsel over gegeven. Naast de fysieke risico’s wijst de aanwezigheid van vogel en/of hondenpoep op een potentiële bron van fecale verontreiniging. In het veldonderzoek zijn er geen metingen verricht naar de microbiële ziekteverwekkers en chemische stoffen.