Slimme warmtenetten helpen om CO2-uitstoot te verminderen en de benodigde energietransitie te verwezenlijken. In september sloten de betrokken partijen de onderzoeksfase van het project af. De eerste resultaten zijn veelbelovend en geven vertrouwen in de haalbaarheid. Ze geven bovendien aan dat een substantiële energiebesparing al met relatief weinig ingrijpende inspanningen mogelijk is.

Tijdens deze eerste onderzoeksfase is het gedrag van het huidige warmtenet van de TU Delft door middel van simulatiemodellen is in kaart gebracht evenals de eigenschappen van de gebouwen op de campus. Dit vormt de basis om vraag en aanbod van warmte beter op elkaar af te stemmen en het warmtenet efficiënter in te regelen op basis van realtimedata zoals het weer en de warmte die in de gebouwen wordt geproduceerd. De simulaties laten duidelijk zien dat het mogelijk is om met een lagere temperatuur warm water door de leidingen te vervoeren en toch te zorgen voor een aangename temperatuur in de gebouwen. Dit is belangrijk om in de toekomst aan te kunnen sluiten op duurzame bronnen.

Warmtenet aansturing op basis van actuele weersvoorspellingen

De onderzoeksresultaten van Deerns en Deltares laten zien dat, zonder grootschalige gebouwaanpassingen, de inzet van de gasketels met twintig procent verlaagd kan worden. Deze besparing wordt hoofdzakelijk gerealiseerd door de temperatuur in het warmtenet zo laag mogelijk en dynamisch in te stellen op basis van actuele weersvoorspellingen. Priva en Kuijpers hebben deze nieuwe regeling in een deel van het warmtenet succesvol getest.Van Beek maakt vervolgens door monitoring de werkelijke energieprestaties van het warmtenet inzichtelijk.

Intelligente warmtenetten noodzakelijke stap in energietransitie

“Voor Nederland is het inzetten van intelligente warmtenetten een noodzakelijke stap in de energietransitie, omdat warmte veertig procent van onze primaire energie verbruikt” vertelt Ivo Pothof, water- en energie-expert bij Deltares. “De TU Delft-campus is een mooie demonstratieplek hiervoor waar alle kennis samen komt.”

Naast de campus van de TU Delft zijn er meerdere locaties in Nederland waar vergelijkbare warmtenetten op deze manier slimmer en efficiënter kunnen omgaan met energie.

Je hebt nog niet aangegeven of je cookies wilt accepteren of weigeren. Hierdoor kan dit element niet worden getoond.

Pas je cookie instellingen aan

Of ga direct naar:

https://www.youtube.com/watch?v=WeVe8-BVkaA

TU Delft-campus living lab

De campus van de TU Delft fungeert als ‘living lab’, waarbij wordt geëxperimenteerd met innovatieve inzichten en methodes in een bestaande omgeving. Op het warmtenet van de TU Delft zijn 23 gebouwen aangesloten. De huidige beschikbare warmtebronnen zijn WKK-installaties en gasketels.

Sander Snelleman, teamleider Energie bij de TU Delft: “Voor de TU Delft is het erg interessant dat we door middel van de simulaties precies kunnen zien waar in ons warmtenetwerk knelpunten zitten die we moeten aanpakken. De eerste simulaties zijn veelbelovend. Ze laten ons in ieder geval zien dat er met beperkte aanpassingen een primaire energiebesparing van 10 tot 15 procent mogelijk is. Dat sluit aan bij de ambitie van de TU Delft om in 2020 een kwart van de dan bestaande energievraag zelf duurzaam op te wekken dan wel in te kopen, 40% energie te besparen en de CO2-uitstoot met de helft terug te brengen. De eventuele inzet van duurzame bronnen kan ons verder op weg helpen naar een CO2-neutrale campus.”

Meer informatie

Deze pagina delen.